In 2013 blijft het doormodderen voor Europa. De verkiezingen in Duitsland
staan fundamentele beleidsveranderingen in de weg. De economie blijft
kwakkelen en de schuldenberg wordt nauwelijks aangepakt.

Het is geen optimistische voorspelling die Huw Pill, de Europa-econoom van
Goldman Sachs, vrijdag rondstuurde. Pill is pas sinds
augustus 2011
in dienst van de Amerikaanse zakenbank en was daarvoor
werkzaam bij de Europese Centrale Bank en de Bank of England. Dus denk dus
niet: ‘Goldman Sachs? Ik stop met lezen’. Pills analyse is de moeite waard.

Zeker nu meer en meer Europese politici enthousiast verklaren dat de
eurocrisis zo’n beetje voorbij is, helpt de nuchtere analyse van de Goldman
Sachs-econoom.

In hun opluchting verwarren de politici het feit dat het dieptepunt van de
crisis (mogelijk) achter ons ligt, met het einde van de crisis zelf. Helaas
is dat laatste nog lang niet het geval, ook al heeft de Europese Centrale
Bank zich bereid verklaard koste wat kost de euro te redden. Daarvoor zijn
de publieke en private schulden in de probleemlanden van het eurogebied nog
veel te hoog.

Schuldenlast verminderen

Die schulden kunnen we niet wegwensen, schrijft Pill. Er moet voor worden
gewerkt.

Griekenland, Italië, Spanje, Portugal en Ierland kunnen hun schuldenlast op
vijf manieren verminderen: door te bezuinigen, door de economie te laten
groeien, via inflatie, door herstructurering (lees: niet terugbetalen) en
door de schuldenlast te collectiviseren (te delen met andere eurolanden).
Dat zijn de opties. Schulden negeren en hopen dat de eurocrisis vanzelf
voorbij gaat, staat er niet bij.

Helaas zijn geen van deze vijf ‘oplossingen’ snel te realiseren. Hard
bezuinigen schaadt de groei op korte termijn, terwijl je economische groei
niet zomaar kunt 'kopen' door als overheid meer uit te geven en
staatsschulden te laten oplopen. Die zijn in veel gevallen namelijk al aan
de hoge kant.

Goede kans dat de probleemlanden voor wat betreft bezuinigen en groeien het
uiterste punt al hebben bereikt. Nog meer bezuinigen zal de schuldenlast
niet meer verminderen, vreest Pill.

Inflatie dan? Gaat Europa zich uit het schuldprobleem infleren, ofwel prijzen
laten oplopen zodat de waarde van schulden vermindert? De econoom verwacht
van niet.

Ook als de politieke druk oploopt om via de omweg van inflatie schuldeisers te
laten betalen, is de Europese Centrale Bank (ECB) daar relatief ongevoelig
voor, denkt Pill. Als overal in de wereld inflatie toeneemt, zal het
eurogebied uiteindelijk meegaan, anders wordt de euro te sterk, maar op
korte termijn gaat inflatie geen lucht geven aan de schuldenlanden.

Afstempelen

Blijven over: herstructureren en collectiviseren van de schuld. Nieuwe rondes
van afstempelen, zoals al twee keer in Griekenland gebeurde, kunnen
onontkoombaar zijn, maar maken de eurocrisis in eerste instantie alleen maar
erger.

Europese leiders hebben keer op keer beloofd dat Griekenland de uitzondering
was en dat andere eurolanden hun schuld keurig zouden terugbetalen. Schenden
van die belofte leidt ongetwijfeld tot snel oplopende rentes in de
probleemlanden.

Het zal uiteindelijk dus van 'collectivisering' van de schuld moeten komen.
Ofwel: andere eurolanden zullen mee gaan betalen aan de oplossing. Dat
gebeurt nu al impliciet via de noodfondsen, het Internationaal Monetair
Fonds en de Europese Centrale Bank. Maar het is volgens Pill de vraag of dat
genoeg zal zijn.

Expliciete schulddeling, via de uitgifte van gezamenlijke euro-obligaties of
een door Duitse economen gesuggereerd herstructureringsfonds is mogelijk ook
nodig. Maar de publieke opinie in Noord-Europa loopt daar niet bepaald warm
voor.

Vijf opties om de schuldenlast te reduceren, maar geen van allen bieden ze op
korte termijn veel soelaas. Die eurocrisis, daar blijven we nog wel even van
genieten.

Lees ook:

'ECB zit in een moeilijk parket'

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl